Het volk stemt, maar de politici kiezen
Morgen is de derde ronde van de Libanese parlementsverkiezingen. Dit keer mag Oost-Libanon naar de stembus om 35 van de 128 parlementsleden te kiezen. Maar zoals veel Libanezen inmiddels wel hebben gemerkt; het volk mag stemmen, en de politici doen het kiezen.
Het enorme enthousiamse van een aantal weken geleden heeft plaatsgemaakt voor apathie. Kreeg men in het voorjaar ruim een miljoen Libanezen bijeen op een plein om de Syriers het land uit te krijgen; voor de parlementsverkiezingen doet men geen moeite. In Beiroet kwam slechts een derde van de stemmers opdagen, het zuiden moest het vorige week met 45% doen. Voor het eerst in 30 jaar heeft Libanon vrije verkiezingen, zonder Syrische inmenging. Waarom stemmen de Libanezen niet?
“Omdat ik teleurgesteld ben”, zegt Alia. De 23 jarige rechten-studente gaat niet stemmen. “Wat maakt het uit? Het is toch allang beslist wie er gekozen wordt.” Helemaal ongelijk heeft ze niet. Libanon is een sterk verzuilde maatschappij, en politieke partijen zijn, net als de voetbal clubs, de scholen, en de woonwijken, in feite een vertegenwoordiger van een secte. Een politieke partij heeft geen programma, maar bemiddelt in feite enkel voor de rechten van de (religieuze) achterban. “Ik had echt het idee dat we het hele systeem zou veranderen. Dat we zouden gaan stemmen als Libanezen voor ons land,” aldus Alia. Zij is niet de enige die teleurgesteld is.
Ali is architect, en een sji’itische moslim uit Zuid-Libanon. Hij liep in elke anti-Syrische demonstratie mee. “Het was een fantastische beweging. Voor het eerst dat ik mij echt een Libanees voelde, weet je, met andere geloven, maar dezelfde mentaliteit.” Ali wil een seculiere maatschappij, waar kerk (“een moskee in mijn geval”) en staat gescheiden zijn. Hij moest zijn stem uitbrengen in het zuiden, maar “dat viel vies tegen.” Onafhankelijke kandidaten waren kansloos, omdat Amal en Hezbollah (beiden pro-Syrisch) besloten samen te gaan werken.”Dan weet je de uitslag al.”
De uitslag van de eerste twee rondes was al bekend voordat er ook maar iemand had gestemd. In Beiroet won de oppositie met Saad Hariri (zoon van vermoorde Rafic Hariri)). In het zuiden de pro-Syrische Hezbollah en Amal. “ We zijn terug bij af.” Zonder Syriers, dat wel, maar de oude garde zit er nog. Ali had gehoopt op nieuwe gezichten, nieuwe ideeen, een nieuwe richting voor Libanon. “Oke, de Syriers zijn weg, maar politiek is er niets veranderd Hebben wij een stem? Ik vind van niet.” Het gaat enkel om partij belangen; met ‘volksvertegenwoordiging’ heeft het niets meer te maken.
Maar deze zondag komt er dan eindelijk leven in de brouwerij. Generaal Aoun doet mee. De christelijke ex-generaal, die in 1991 voor de Syriers moest vluchten nadat hij ze zwaar gebombardeerd had, is weer terug. En met een missie. Hij wil de bezem door de politieke kast halen. Aoun staat bekend om zijn standpunt tegen de verzuilde maatschappij, en is ongekend anti-Syrisch. Hij zou het dus goed moeten kunnen vinden met de oppositie, ware het niet dat hij zich als een olifant door de porceleinkast heeft gewerkt sinds zijn terugkeer. Aoun vindt alle politieke leiders maar een stelletje corrupte boeven die jarenlang, onder Syrisch toezicht, hun zakken hebben zitten vullen. Die beschuldiging valt niet goed bij de oppositie, die hem sindsdien buiten de deur houden. Hij staat aanstaande zondag recht tegenover Joumblat, druzenleider, die zich sinds de moord van Hariri als DE leider van de oppositie heeft opgeworpen.
Aoun is niet bijzonder diplomatiek, kan zijn temperament moeilijk bedwingen en zegt dan ook regelmatig domme dingen. Zo beledigde hij deze week nog de vermoord Hariri, volgens de Libanezen opgeblazen door de Syriers. “Zelfs al hij het meent, dan had hij dat niet moeten zeggen,” zei een trieste Saad Hariri op tv.
De enige die nog samen met hem willen gezien worden zijn de, jawel, pro-Syrische partijen, en dit enkel om de anti-Syrische druzenleider Joumblat een hak te zetten.
Toch voelen vooral veel jongeren dat hij de enige is die het systeem niet probeert te manipuleren. Aanstaande zondag moet blijken in hoeverre de Libanezen het gekonkel van de oude orde zat zijn, en hoezeer men gelooft dat een verkiezing echt een verandering kan brengen. Maar als Aoun niet wint, dan moet men op echte democratie nog een paar jaar wachten.
Libanese Verkiezingen
Men kiest, en wordt gekozen, in de plaats waar men staat ingeschreven, en dat is meestal het dorpje van de (voor)ouders. Tijdens de verkiezingsdag zou dus in theorie het hele land op pad moeten naar een andere plaats. Omdat dit een enorme chaos op gang zou brengen, is het land in vieren gedeeld. Elke zondag stemt een gebied, en zo weet men na een maand wat het nieuwe parlement is. Daarnaast is er een vaste zetelverdeling; 64 voor de christenen en 64 voor de moslims. Ook daar is weer een onderverdeling, vanwege de verschillende groeperingen; 3 islamitische en 7 christelijke groeperingen.
Beiroet (29 mei) 19 zetels (10 christenen, 9 moslims)
Het enorme enthousiamse van een aantal weken geleden heeft plaatsgemaakt voor apathie. Kreeg men in het voorjaar ruim een miljoen Libanezen bijeen op een plein om de Syriers het land uit te krijgen; voor de parlementsverkiezingen doet men geen moeite. In Beiroet kwam slechts een derde van de stemmers opdagen, het zuiden moest het vorige week met 45% doen. Voor het eerst in 30 jaar heeft Libanon vrije verkiezingen, zonder Syrische inmenging. Waarom stemmen de Libanezen niet?
“Omdat ik teleurgesteld ben”, zegt Alia. De 23 jarige rechten-studente gaat niet stemmen. “Wat maakt het uit? Het is toch allang beslist wie er gekozen wordt.” Helemaal ongelijk heeft ze niet. Libanon is een sterk verzuilde maatschappij, en politieke partijen zijn, net als de voetbal clubs, de scholen, en de woonwijken, in feite een vertegenwoordiger van een secte. Een politieke partij heeft geen programma, maar bemiddelt in feite enkel voor de rechten van de (religieuze) achterban. “Ik had echt het idee dat we het hele systeem zou veranderen. Dat we zouden gaan stemmen als Libanezen voor ons land,” aldus Alia. Zij is niet de enige die teleurgesteld is.
Ali is architect, en een sji’itische moslim uit Zuid-Libanon. Hij liep in elke anti-Syrische demonstratie mee. “Het was een fantastische beweging. Voor het eerst dat ik mij echt een Libanees voelde, weet je, met andere geloven, maar dezelfde mentaliteit.” Ali wil een seculiere maatschappij, waar kerk (“een moskee in mijn geval”) en staat gescheiden zijn. Hij moest zijn stem uitbrengen in het zuiden, maar “dat viel vies tegen.” Onafhankelijke kandidaten waren kansloos, omdat Amal en Hezbollah (beiden pro-Syrisch) besloten samen te gaan werken.”Dan weet je de uitslag al.”
De uitslag van de eerste twee rondes was al bekend voordat er ook maar iemand had gestemd. In Beiroet won de oppositie met Saad Hariri (zoon van vermoorde Rafic Hariri)). In het zuiden de pro-Syrische Hezbollah en Amal. “ We zijn terug bij af.” Zonder Syriers, dat wel, maar de oude garde zit er nog. Ali had gehoopt op nieuwe gezichten, nieuwe ideeen, een nieuwe richting voor Libanon. “Oke, de Syriers zijn weg, maar politiek is er niets veranderd Hebben wij een stem? Ik vind van niet.” Het gaat enkel om partij belangen; met ‘volksvertegenwoordiging’ heeft het niets meer te maken.
Maar deze zondag komt er dan eindelijk leven in de brouwerij. Generaal Aoun doet mee. De christelijke ex-generaal, die in 1991 voor de Syriers moest vluchten nadat hij ze zwaar gebombardeerd had, is weer terug. En met een missie. Hij wil de bezem door de politieke kast halen. Aoun staat bekend om zijn standpunt tegen de verzuilde maatschappij, en is ongekend anti-Syrisch. Hij zou het dus goed moeten kunnen vinden met de oppositie, ware het niet dat hij zich als een olifant door de porceleinkast heeft gewerkt sinds zijn terugkeer. Aoun vindt alle politieke leiders maar een stelletje corrupte boeven die jarenlang, onder Syrisch toezicht, hun zakken hebben zitten vullen. Die beschuldiging valt niet goed bij de oppositie, die hem sindsdien buiten de deur houden. Hij staat aanstaande zondag recht tegenover Joumblat, druzenleider, die zich sinds de moord van Hariri als DE leider van de oppositie heeft opgeworpen.
Aoun is niet bijzonder diplomatiek, kan zijn temperament moeilijk bedwingen en zegt dan ook regelmatig domme dingen. Zo beledigde hij deze week nog de vermoord Hariri, volgens de Libanezen opgeblazen door de Syriers. “Zelfs al hij het meent, dan had hij dat niet moeten zeggen,” zei een trieste Saad Hariri op tv.
De enige die nog samen met hem willen gezien worden zijn de, jawel, pro-Syrische partijen, en dit enkel om de anti-Syrische druzenleider Joumblat een hak te zetten.
Toch voelen vooral veel jongeren dat hij de enige is die het systeem niet probeert te manipuleren. Aanstaande zondag moet blijken in hoeverre de Libanezen het gekonkel van de oude orde zat zijn, en hoezeer men gelooft dat een verkiezing echt een verandering kan brengen. Maar als Aoun niet wint, dan moet men op echte democratie nog een paar jaar wachten.
Libanese Verkiezingen
Men kiest, en wordt gekozen, in de plaats waar men staat ingeschreven, en dat is meestal het dorpje van de (voor)ouders. Tijdens de verkiezingsdag zou dus in theorie het hele land op pad moeten naar een andere plaats. Omdat dit een enorme chaos op gang zou brengen, is het land in vieren gedeeld. Elke zondag stemt een gebied, en zo weet men na een maand wat het nieuwe parlement is. Daarnaast is er een vaste zetelverdeling; 64 voor de christenen en 64 voor de moslims. Ook daar is weer een onderverdeling, vanwege de verschillende groeperingen; 3 islamitische en 7 christelijke groeperingen.
Beiroet (29 mei) 19 zetels (10 christenen, 9 moslims)
Zuid-Libanon (5 juni) 23 zetels (5 christenen, 18 moslims)
Oost Libanon (12 juni)
Libanon gebergte 35 zetels (25 christenen, 10 moslims)
Bekaa vallei 23 zetels (9 christenen, 14 moslims)
Noord-Libanon (19 juni) 28 zetels (15 christenen, 13 moslims)
Oost Libanon (12 juni)
Libanon gebergte 35 zetels (25 christenen, 10 moslims)
Bekaa vallei 23 zetels (9 christenen, 14 moslims)
Noord-Libanon (19 juni) 28 zetels (15 christenen, 13 moslims)
No comments:
Post a Comment